Selecteer taal

Dutch

Down Icon

Selecteer land

Spain

Down Icon

Het stille duel

Het stille duel

Een paar maanden geleden probeerde een van mijn patiënten op brute wijze zelfmoord te plegen: hij botste met zijn auto tegen een betonnen constructie. Wonder boven wonder overleefde hij die eerste poging, hoewel zijn lichaam volledig verwoest was. Het kostte hem weken ziekenhuisopname en maanden revalidatie. De fysieke reis was lang: opnieuw leren lopen, zelfstandig eten, pijnloos praten. Terwijl zijn lichaam genas, probeerde een multidisciplinair team ook zijn geest te heropbouwen. Psychiaters, psychologen, ergotherapeuten, revalidatieartsen: allemaal steunden ze hem, allemaal vertrouwden ze erop – misschien moesten ze erop vertrouwen – dat deze tweede kans genoeg zou zijn om te blijven.

Maar zo was het niet.

Een paar dagen geleden is het hem eindelijk gelukt. Hij heeft een einde aan zijn leven gemaakt.

Vandaag schrijf ik vanuit de verwoestende last die zijn overlijden achterlaat. Het is een mengeling van pijn en frustratie die, als psychiater, moeilijk onder woorden te brengen is. We zijn getraind om te begeleiden, te beheersen, uitwegen te vinden, zelfs in de donkerste labyrinten van de geest. Maar wanneer zelfmoord uitbreekt, confronteert het ons met de immense kwetsbaarheid van de mensheid. Het herinnert ons er bruut aan dat we niet altijd kunnen redden.

Zelfmoord is een van de meest complexe tragedies in de geestelijke gezondheidszorg. Elk jaar maken wereldwijd meer dan 700.000 mensen een einde aan hun leven. In Mexico sloot 2023 af met 8.837 geregistreerde zelfmoorden. Achter elk cijfer staan ​​mensen: jongeren, volwassenen, ouders, kinderen, broers en zussen. En achter elk van hen staan ​​de nabestaanden: families, vrienden, collega's, therapeuten.

We proberen te begrijpen waarom, maar de antwoorden zijn nooit eenvoudig. Zelfmoord kent meerdere oorzaken: diepe depressie, angststoornissen, trauma, onverwerkt verdriet, middelenmisbruik en hopeloosheid. Vaak spelen ook isolatie en verlies van een doel een rol. Er zijn waarschuwingssignalen die clinici leren herkennen: sociale terugtrekking, plotselinge stemmingswisselingen, uitspraken die gekenmerkt worden door hopeloosheid, toegenomen alcohol- of drugsgebruik, een geschiedenis van eerdere pogingen. En zelfs als we oplettend zijn, zelfs als we ingrijpen, zijn er interne conflicten die we niet altijd op tijd kunnen aanpakken.

Voor families is het spoor van rouw verwoestend. Het is niet zomaar verdriet, maar een verdriet vol eindeloze vragen: Hadden we meer kunnen doen? Waarom zagen we het niet? Waarom heeft hij er niets over gezegd? Wat dit lijden nog erger maakt, is het gewicht van het sociale stigma, de nieuwsgierige blikken van anderen en de stille oordelen die hen nog verder isoleren.

Voor degenen onder ons die in de geestelijke gezondheidszorg werken, laat deze ervaring diepe sporen na. Naar schatting heeft tussen de 50% en 80% van de psychiaters, en tussen de 20% en 40% van de psychologen, in hun carrière minstens één keer een patiënt met zelfmoord meegemaakt. Het is een gevoel van falen, van hulpeloosheid, van het herhaaldelijk heroverwegen van elke klinische beslissing. We vragen ons af of we iets anders hadden kunnen doen. Ook wij dragen een professioneel verdriet met ons mee waar zelden over gesproken wordt.

De afgelopen jaren hebben we vooruitgang geboekt op het gebied van preventie. Sommige internationale programma's zijn effectief gebleken. In Mexico richt het Nationaal Programma voor Zelfmoordpreventie zich met name op jongeren, een groep waar de incidentie bijzonder alarmerend is. In de Verenigde Staten heeft de implementatie van het 988-noodnummer al duizenden levens gered, vooral onder kwetsbare groepen zoals de LGBTQ+-gemeenschap, waar het risico op zelfmoord vier keer hoger is dan onder de algemene bevolking. Zuid-Korea, een van de landen met historisch hoge zelfmoordcijfers, is erin geslaagd deze terug te dringen door middel van een streng overheidsbeleid ten aanzien van de toegang tot dodelijke middelen en gemeenschapsgerichte programma's voor vroegtijdige opsporing.

Maar echte preventie schuilt niet alleen in de telefoonlijnen. Het schuilt in de sociale structuur, in de mogelijkheid om zonder schaamte over pijn te praten, in het creëren van ruimtes waar lijden niet verborgen hoeft te worden. Het bestaat uit stoppen met oordelen en beginnen met luisteren.

Bij zelfdoding is begeleiding van de nabestaande veel meer nodig dan alleen troostende woorden. Er zijn steungroepen voor nabestaanden – de naam die gegeven wordt aan de nabestaanden van mensen die door zelfdoding om het leven zijn gekomen – waar het delen van de ervaring met anderen de last kan verlichten. Het erkennen van hun emoties, het bieden van onbevooroordeelde steun en het aanbieden van gespecialiseerde behandeling voor traumatisch verdriet zijn essentiële hulpmiddelen.

Daarom schrijf ik dit ook voor degenen onder ons die overgebleven zijn.

Voor de gebroken gezinnen, voor de kinderen die vragen waarom, voor de ouders die zoeken naar onmogelijke antwoorden, voor de therapeuten die patiënten blijven verzorgen terwijl ze hun eigen wonden verzorgen. Want praten over zelfmoord is ook een vorm van preventie.

Als u of iemand die u kent hulp nodig heeft, is de Lifeline in Mexico bereikbaar: 800 911 2000.

Ik hoop dat niemand deze pijn alleen hoeft te doorstaan.

Ik hoor graag je vragen of ervaringen over dit onderwerp. Laten we het gesprek gaande houden; je kunt me mailen op [email protected] of me bereiken op Instagram via @dra.carmenamezcua.

Eleconomista

Eleconomista

Vergelijkbaar nieuws

Alle nieuws
Animated ArrowAnimated ArrowAnimated Arrow