Nieuw kabinet: Merz vertrouwt op competentie in plaats van evenredige vertegenwoordiging


Nog vóór de officiële start van het kleine partijcongres in Berlijn komende maandag, stuurde de CDU-leiding de lijst met toekomstige ministers naar buiten. Dat betekende dat er slechts een bijzaak ter sprake kwam.
NZZ.ch vereist JavaScript voor belangrijke functies. Dit wordt momenteel geblokkeerd door uw browser of advertentieblokkering.
Pas de instellingen aan.
De lijst zegt veel over het politieke inzicht van de CDU-partijleider en vermoedelijk de volgende Duitse bondskanselier Friedrich Merz. Het verschilt aanzienlijk van dat van de laatste CDU-kanselier Angela Merkel.
Zeven ministeries gaan naar de CDU, drie naar de CSU en de sociaaldemocraten mogen er ook nog eens zeven invullen. Wat de CDU-standpunten betreft, valt op dat Merz minder nadruk legt op regionale evenredige vertegenwoordiging en gendergelijkheid dan de afgelopen jaren gebruikelijk was. In plaats daarvan vertrouwt hij op deels onbekende namen die veel ervaring in de particuliere sector meebrengen, en op staatspolitici met vele jaren ervaring.
Voorbeelden van onbekende personen met ruime professionele ervaring zijn Katharina Reiche en Karsten Wildberger. Reiche neemt het uitgeholde ministerie van Economische Zaken over van GroenLinks-vicekanselier Robert Habeck. Wildberger wordt de eerste bondsminister voor digitalisering en staatsmodernisering.
Energietransitie onder nieuw leiderschapReiche was al lid van de Bondsdag, maar is sinds 2019 CEO van het energieconcern Westenergie, de grootste energieleverancier van Duitsland. Ze verlaat haar functie om het ministerschap op zich te nemen. Zij wordt in vakbondskringen gewaardeerd om haar economische deskundigheid. Zij geldt als een ervaren manager en fungeert daarmee als tegenmodel voor de niet-deskundige groene politicus Robert Habeck, die als minister van Economische Zaken en Klimaatbescherming de belangen van de groene klimaatlobby vertegenwoordigde.
Dat bleek vooral bij de verkiezing van zijn staatssecretaris Patrick Graichen, die de Duitse energietransitie voortvarend aanstuurde en daarbij niet schuwde om zich te bemoeien met de kookpotten van burgers. De Verwarmingswet zorgde er destijds voor dat minister Habeck een merkbare daling in kiezersaanhang ondervond.
Het is onwaarschijnlijk dat de energietransitie een fundamentele uitdaging voor de rijken zal vormen, laat staan dat het deze zal terugdraaien. Er zijn inmiddels zoveel financiële belangen verbonden aan de verdere uitbreiding van wind- en zonne-energie dat een radicale ommekeer niet meer mogelijk is zonder aanzienlijke weerstand vanuit de energiesector. Reiche zou er echter op kunnen aandringen dat de energietransitie in de toekomst maatschappelijk acceptabeler wordt.
Politieke carrièreswitch als minister van digitale zakenDe nieuwe minister voor digitalisering, de 56-jarige Karsten Wildberger, was voorheen algemeen directeur van Ceconomy AG, waar hij met succes verantwoordelijk was voor de herstructurering van de elektronicawinkelketens Mediamarkt en Saturn. Zelfs binnen de parlementaire fractie kenden velen zijn naam tot nu toe niet. In zijn nieuwe functie staat Wildberger voor een grote uitdaging: Duitsland loopt internationaal ver achter als het gaat om digitalisering. In een EU-vergelijking staat Duitsland slechts op de 19e plaats van de 27 landen als het gaat om digitalisering van het openbaar bestuur.
Dat Merz voor deze taak een politieke nieuwkomer in het kabinet betrekt, toont aan dat hij bereid is om op dit terrein diepgaande veranderingen door te voeren.
Een ander bewijs voor Merz' afstappen van de strikte evenredige vertegenwoordiging is het feit dat de kleine deelstaat Sleeswijk-Holstein vrijwel oververtegenwoordigd is, met twee toekomstige ministers: de toekomstige minister van Onderwijs Karin Prien en minister van Buitenlandse Zaken Johann Wadephul komen beiden uit de deelstaat.
Opvallend is ook dat het machtige regionale verbond van Noordrijn-Westfalen niet in het kabinet vertegenwoordigd is. Hoewel Carsten Linnemann, afkomstig uit Noordrijn-Westfalen, als eerste bij het ministerie van Economische Zaken terechtkwam, besloot hij toch secretaris-generaal van de CDU te blijven.
Focus: het terugdringen van illegale migratieNaast de economie richt Merz zich ook op het migratiebeleid. Om het doel te bereiken om de illegale migratie naar Duitsland aanzienlijk terug te dringen, doet hij een beroep op ervaren medewerkers met een duidelijk conservatief profiel. De ministeries van Buitenlandse Zaken en Binnenlandse Zaken blijven in handen van de Unie. Hierdoor kunnen de ministeries van Binnenlandse Zaken en Buitenlandse Zaken in de toekomst samenwerken om het aantal migranten aanzienlijk te verminderen.
De huidige leider van de CSU-regiogroep, Alexander Dobrindt, wordt minister van Binnenlandse Zaken. Samen met CDU-binnenlandpoliticus Christoph de Vries, een fervent criticus van ongereguleerde migratie, neemt hij het ambt van parlementair staatssecretaris op het ministerie van Binnenlandse Zaken over. Dit tableau wordt aangevuld door de nieuwe voorzitter van de kanselarij, Thorsten Frei, die twee jaar geleden al voorstelde om het individuele asielrecht te vervangen door een jaarlijks vluchtelingenquotum.
Uit dit alles blijkt dat het Merz ernst is met een wezenlijke verandering in het migratiebeleid.
Tijdens de vluchtelingencrisis van een paar jaar geleden bracht de machtsstrijd tussen de toenmalige CDU-bondskanselier Merkel en de CSU-minister van Binnenlandse Zaken Horst Seehofer de Unie aan de rand van een scheuring. In het kabinet-Merz hoeft men daar niet bang voor te zijn, aangezien alle gekozen leden de koers van de toekomstige bondskanselier onderschrijven en aandringen op een wijziging van het huidige beleid.
Klassieke diplomatie in plaats van feministisch buitenlands beleidHet verschil met de voormalige bondskanselier komt vooral voort uit de partijtactische moed die Merz buiten het kabinet aan de dag legt. Voormalig CDU-Kanselier Merkel nam in haar kabinet partijgenoten op die gevaarlijk voor haar konden zijn en controleerde hen op die manier. Een voorbeeld hiervan is Jens Spahn, die zij al vroeg benoemde tot minister van Volksgezondheid. Merz pakt het nu andersom aan bij Spahn en geeft hem de machtige positie van fractievoorzitter in de Bondsdag. Hij geeft zijn partij daarmee wat ademruimte in het parlementaire debat, maar creëert mogelijk ook een interne concurrent voor zichzelf.
Op het gebied van het buitenlands beleid breekt Merz duidelijk met de koers van het Groene ministerie van Buitenlandse Zaken en keert hij terug naar de Duitse traditie van diplomatie die wordt geleid door waarden en belangen. Het contrast tussen Wadephul en Annalena Baerbock kan nauwelijks groter zijn: Wadephul heeft nog geen aandacht getrokken met morele uitspraken; Zijn uitspraken zijn veel nuchterder dan die van zijn voorganger.
Hij geldt als een ervaren transatlanticus en hecht veel belang aan militaire steun voor Oekraïne. Bij een geschil met de VS kon hij als bemiddelaar optreden.
nzz.ch