Luchtvaart: Airbus neemt fabrieken over van toeleverancier Spirit Aero Systems

De kans om de voorsprong uit te breiden zou gunstiger zijn dan ooit. Concurrent Boeing komt slechts langzaam uit de aanhoudende crisis; De vraag naar vliegtuigen blijft voorlopig onverminderd groot, ondanks Trumps tarieven. Vliegtuigbouwer Airbus kon de laatste tijd echter niet van deze gunstige omstandigheden profiteren, vooral omdat chaos in de eigen toeleveringsketen een snellere groei verhinderde.
De overname van vrijwel alle aan Airbus gelieerde onderdelen van de Amerikaanse toeleveranciersgroep Spirit AeroSystems moet nu voor een doorbraak zorgen. Airbus maakte maandag bekend dat het een bindende koopovereenkomst heeft getekend voor verschillende Spirit-locaties. De transactie zal naar verwachting in het derde kwartaal worden afgerond. Airbus krijgt niet alleen de fabrieken, maar ook 439 miljoen dollar als bruidsschat om de verlieslatende fabrieken te renoveren.
Spirit maakte tot 2005 deel uit van rivaal BoeingSpirit was tot 2005 onderdeel van Boeing en bouwde voornamelijk de romp van de 737-serie in Wichita, Kansas. Boeing besloot echter om de fabriek te verkopen en Spirit probeerde vervolgens te diversifiëren. Het bedrijf nam onder andere opdrachten aan van Airbus: Spirit bouwt de romp van de Airbus A350 en de A220, evenals de vleugels van de kleinste Airbus-jet.
Tijdens de coronapandemie en ook vanwege de Boeing-crisis – de productie van de 737 lag deels stil vanwege het vliegverbod – verslechterde de financiële situatie van Spirit dramatisch. Onlangs moest het bedrijf een beroep doen op overbruggingsleningen van zijn twee grootste klanten, Boeing en Airbus, om een faillissement te voorkomen. Vorig jaar maakte Boeing bekend dat het Spirit zou terugkopen als onderdeel van zijn herstructurering. Dit zette Airbus onder druk, omdat het bedrijf niet afhankelijk wilde worden van Boeing als eigenaar van een toeleverancier die verantwoordelijk was voor belangrijke structurele componenten. Boeing had ook geen interesse in dat deel van de Spirit-activiteiten. In juli 2024 kwamen Spirit en Airbus in principe overeen om de Airbus-activiteiten te verkopen.
De voorwaarden bepalen nu dat Airbus de Spirit-vestigingen in Kinston, North Carolina, zal overnemen; Wichita, Kansas; St. Nazaire, Casablanca, Belfast en Prestwick. Naast het oorspronkelijk overeengekomen kader neemt Airbus ook de productie van vleugelonderdelen voor de A320 in Belfast en de A350 in Prestwick over. Dit betekent ook dat de bruidsschat van Spirit, waarmee Airbus de herstructurering wil financieren, kleiner zal zijn. Airbus betaalt een symbolische prijs van één dollar en ontvangt nu 439 miljoen in plaats van de oorspronkelijk geplande 559 miljoen.
Spirit is een van de belangrijkste redenen waarom Airbus de productie van de A220 en A350 niet zoals gepland heeft kunnen opvoeren. Maar de tijd dringt: al in 2026 moeten er maandelijks 14 A220-toestellen worden geleverd, wat ook een voorwaarde is om het programma eindelijk winstgevend te maken. In 2024 lag het gemiddelde iets boven de zes. Het aantal A350-toestellen moet de komende drie jaar worden uitgebreid van vijf naar twaalf per maand, maar ook hier zorgt Spirit voor vertragingen.
süeddeutsche