De aanval op toeristen in Kasjmir roept twijfels op over het succes van Modi's beleid


Persinformatiebureau / Hand-out
Vóór de bloedige aanval op toeristen in Kasjmir pochte de Indiase premier Narendra Modi dat zijn beleid de stabiliteit in de regio had hersteld. Als bewijs noemde hij de toename van het aantal toeristen in de Himalaya-vallei door de jaren heen. Het bloedbad op een idyllische bergweide heeft inmiddels geleid tot een exodus van vakantiegangers en roept vragen op over Modi's verhaal over een terugkeer naar de normaliteit. Meer dan ooit rijst de vraag hoe Kasjmir blijvend gepacificeerd kan worden.
NZZ.ch vereist JavaScript voor belangrijke functies. Dit wordt momenteel geblokkeerd door uw browser of advertentieblokkering.
Pas de instellingen aan.
Bij de aanslag afgelopen dinsdag schoten vier terroristen 26 mensen dood op een pittoreske toeristische bestemming. Bijna een week later zijn de daders nog steeds op de vlucht. Indiase media meldden dat de veiligheidstroepen haar sinds de aanval vier keer hadden gezien. Er vond zelfs een kort vuurgevecht plaats in het zuiden van Kasjmir, maar de groep kon ontsnappen via de ontoegankelijke en dichtbeboste bergstreek.
Hierdoor neemt de druk op Modi toe om militair op de aanval te reageren. Kort daarna gaf de premier aartsvijand Pakistan de schuld en dreigde dat India de daders ‘tot aan het einde van de wereld’ zou achtervolgen. In een eerste reactie besloot Delhi alleen tot een reeks politieke sancties. Gezien de verhitte sfeer in India lijkt het echter nog steeds mogelijk dat Modi zal besluiten tot een militaire aanval op Pakistan.
Ongeacht welke vervolgstappen er worden ondernomen, roept de aanval twijfels op over het succes van Modi's beleid in Kasjmir. In een controversiële zet in 2019 schrapte de hindoenationalist artikel 370 uit de grondwet, dat Kasjmir sinds de onafhankelijkheid in 1947 een speciale autonome status garandeerde. De overwegend islamitische regio werd daarmee gedegradeerd van een onafhankelijke staat tot een unieterritorium en onder direct toezicht van de centrale overheid in Delhi geplaatst.
Hoewel er in oktober voor het eerst in zes jaar verkiezingen werden gehouden in Kasjmir, zijn de bevoegdheden van de regionale overheid nog steeds beperkt. De verantwoordelijkheid voor veiligheidszaken ligt dus nog steeds bij de gouverneur die door Modi is benoemd. De regionale regering van Omar Abdullah in Srinagar wordt als zwak gezien en veel Kasjmiri's voelen zich vernederd door Delhi en voelen zich beroofd van hun recht om deel te nemen aan de besluitvorming.
De verandering in de wetgeving rond landaankopen leidt tot de vrees dat Modi's regering meer hindoes van buiten Kasjmir wil aantrekken en de demografische samenstelling van de vallei wil veranderen. De terroristische groep The Resistance Front, die de verantwoordelijkheid opeiste voor de aanval op toeristen vorige week, rechtvaardigde de daad door te stellen dat sinds 2019 honderdduizenden buitenlanders zich in Kasjmir hadden gevestigd.
Nachtelijke explosies veroorzaken onvrede onder Kasjmiri'sDe steun voor de separatistische groepen onder de bevolking is afgenomen. Toch vinden veel Kasjmiri's de enorme legeraanwezigheid nog steeds onderdrukkend. Sinds het begin van de opstand in 1989 hebben hun vaak meedogenloze acties veel plaatselijke bewoners in de armen van de separatisten gedreven. Ook na de aanval lieten de veiligheidstroepen zien dat zij zich niet aan de wet gebonden voelen. Ze bliezen meerdere huizen op van verdachten die banden zouden hebben met terroristische organisaties.
Naast de huizen van mannen die rechtstreeks bij de aanval betrokken zouden zijn, werden ook families getroffen waarvan de zonen zich jaren of zelfs decennia geleden bij de separatisten hadden aangesloten. Bij de negen explosies raakten ook de huizen van de niet-betrokken buren beschadigd. In eerste instantie was het onduidelijk wie er achter de nachtelijke explosies zaten. Maar afgelopen weekend bleek dat het niemand minder dan de veiligheidsdiensten waren.
In Kasjmir, waar de aanval op toeristen voor afschuw en verontwaardiging had gezorgd, leidde de actie tot verontwaardiging. De minister-president van Kasjmir, Omar Abdullah, waarschuwde dat dergelijke misplaatste acties de Kasjmiri's zouden kunnen vervreemden en hun steun in de strijd tegen terreur zouden kunnen verliezen. “Straf de verantwoordelijken, toon geen genade, maar laat onschuldige mensen niet het slachtoffer worden”, zei Abdullah.
Ook andere politici waarschuwden voor het collectief bestraffen van de bevolking. Er ontstaat de indruk dat ‘de hele familie gestraft moet worden voor de daden van één enkel familielid’, aldus een lokale oppositiepoliticus. Voormalig minister-president Mehbooba Mufti bekritiseerde de arrestatie van duizenden mensen en de verwoesting van de huizen van gewone mensen. Ze waarschuwde dat de Indiase regering een duidelijk onderscheid moet maken tussen terroristen en burgers.
De terreur vindt zijn oorsprong in KasjmirIn India worden op grote schaal huizen van verdachten vernield. In november heeft het Hooggerechtshof deze vorm van ‘bulldozerjustitie’ scherp bekritiseerd. In hun uitspraak stelden de rechters strenge regels op voor de sloop van huizen en maakten ze duidelijk dat het straffen van verdachten en hun families zonder voorafgaand proces een duidelijke schending van de grondwet is. De autoriteiten waren echter niet erg onder de indruk van de uitspraak; ze blijven vasthouden aan de praktijk.
Door de huizen in Kasjmir op te blazen, bestrijden de veiligheidstroepen onvrijwillig het standpunt van de regering dat Pakistan verantwoordelijk is voor de aanval. Want als de daders uit Kasjmir komen, is de terreur niet geïmporteerd, maar vindt haar oorsprong in de vallei zelf. Door de huizen duidelijk illegaal te vernielen, lieten de veiligheidstroepen ook zien waarom zoveel Kasjmiri's klagen over de aanwezigheid van het leger.
Op de korte termijn ligt de prioriteit van de regering bij het opsporen van de daders en het nemen van wraak voor de aanval. Als het land op lange termijn vrede in Kasjmir wil brengen, zal het ook de oorzaken van het geweld moeten aanpakken. Pakistan uitsluitend de schuld geven van het geweld kan politiek opportuun zijn, schrijft de denktank International Crisis Group. Om blijvende vrede in de regio te bewerkstelligen, moet de regering echter ook aandacht besteden aan de zorgen, woede en gevoelens van vervreemding van de bevolking.
nzz.ch