Kamers van Ambachten | Vertraagde Ambachten
Aanstaande donderdag gaat in de "Tipi" van de Berlijnse bondskanselier opnieuw een oude spreuk rond: "Ambacht is goud waard." Hoewel deze spreuk nog steeds geldt, is hij niet van toepassing op elk van de meer dan 130 ambachten. De beoordeling die de Zentralverband der Deutschen Gewandbeoefenaars (ZDH) presenteerde tijdens een ceremonie, waar bondspresident Frank-Walter Steinmeier de keynote speech zal houden, is gemengd. De overkoepelende organisatie benadrukt echter dat de sector altijd heeft gestaan voor "aanpassingsvermogen, innovatiekracht en stabiliteit".
De ZDH, die de belangen behartigt van een miljoen bedrijven, 5,6 miljoen werknemers en meer dan 340.000 leerlingen, viert haar 75-jarig jubileum, terwijl de Kamers van Ambachten hun 125-jarig jubileum vieren. Hun wortels gaan terug tot de middeleeuwse gilden waarin kuipers, smeden en zeilmakers hun belangen behartigden tegenover kooplieden en patriciërs. De oprichting van de Kamers van Ambachten gaat terug tot een wet in het Duitse Rijk uit 1897, die de weg vrijmaakte voor de oprichting van meer dan 70 van deze instellingen tegen het voorjaar van 1900.
Tegenwoordig zijn de 53 Kamers overheidsinstanties. Ze dienen het zelfbestuur van de ambachten in een specifieke regio ; zo zijn er bijvoorbeeld drie Kamers in Brandenburg. In tegenstelling tot gilden, die uitsluitend door ondernemers worden georganiseerd, vertegenwoordigen ze de gehele ambachtssector. In hun algemene vergaderingen vertegenwoordigen gezellen een derde van de stemmen en benoemen ze ook een derde van de bestuursleden.
Naast belangenbehartiging, met name in de politiek, staat beroepsopleiding centraal in hun werk. Dit werd in 2004 afgezwakt door de afschaffing van de vakmansdiplomaplicht. Vanaf dat moment was een vakmansdiploma slechts een vereiste voor het runnen van een bedrijf in 41 beroepen. Het doel van de rood-groene coalitieregering van Gerhard Schröder was om de economie te dereguleren en zogenaamde "eenmanszaken" te bevorderen. Dit leidde tot toenemende kritiek van klanten op de kwaliteit van het werk en een tekort aan leerlingplaatsen. Later kwamen politici terug op de eis van het vakmansdiploma.
Ook de verplichte deelname aan Kamers is controversieel. De economisch liberale critici hebben zich verenigd in een eigen vereniging, de Bundesanstalt für die Unternehmensamt Kassel. De vereniging is echter "niet echt dichter bij het bereiken van haar doel gekomen, namelijk de afschaffing van de verplichte deelname", aldus het jaarverslag.
Volgens het in mei gepubliceerde economische rapport van de ZDH beoordelen bedrijven hun economische situatie als iets zwakker dan een jaar geleden. "De economische ontwikkeling in de ambachtssector werd opnieuw belemmerd door zwakke woningbouw, een nog steeds zwakke particuliere consumptie en een aanhoudend zwakke export." Vergeleken met het voorgaande jaar rapporteerde 39 procent van de ambachtsbedrijven een goede economische situatie (een daling van vier procentpunten) en 19 procent een slechte situatie (een stijging van drie procentpunten). In bijna alle beroepsgroepen waren er in 2024 minder mensen werkzaam dan in 2023; in totaal waren er 1,4 procent minder ambachtslieden werkzaam dan het voorgaande jaar. De toekomstverwachtingen waren echter iets beter, wat de hoop op economisch herstel voor het eerst sinds begin 2023 deed toenemen.
De situatie is zeer inconsistent : terwijl de bouw- en afbouwsector (zoals loodgieters en timmerlieden) en de autobranche dankzij de ongebreidelde vraag ten minste gedeeltelijk in staat zijn om hogere prijzen af te dwingen, staan de gezondheidszorg en de persoonlijke dienstverleningssector bekend om hun precaire situatie. Persoonlijke dienstverlening (kappers, schoonheidsspecialisten) heeft het met name moeilijk vanwege de hoge inflatie die de bestedingen van consumenten sinds de coronapandemie heeft beperkt. Bovendien neemt het aantal kleine bedrijven dat is vrijgesteld van btw toe, wat in tijden van krappe budgetten tot aanzienlijke concurrentieverstoring leidt. Zo rekent een belastingbetalende kapper volgens het gilde gemiddeld € 60 voor wassen, knippen en föhnen, terwijl een btw-vrije eenmanszaak slechts € 50 rekent.
Een ander probleem voor veel bedrijven in de ambachtelijke sector, vooral in structureel zwakke regio's, is het buitensporig hoge minimumloon. Dit wordt door hen als een probleem beschouwd en versterkt de trend naar eenmanszaken. Tegelijkertijd vallen maar weinig ambachtslieden onder collectieve arbeidsovereenkomsten, betreurt de DGB. Vakbondsbetrokkenheid in deze gefragmenteerde sector is helaas zeldzaam. Daarom is het minimumloon in de meeste sectoren de enige "gouden basis".
De "nd.Genossenschaft" is van de mensen die het mogelijk maken: onze lezers en auteurs. Zij zijn het die met hun bijdragen linkse journalistiek voor iedereen mogelijk maken: zonder winstmaximalisatie, mediaconglomeraten of techmiljardairs.
Dankzij uw steun kunnen wij:
→ onafhankelijk en kritisch rapporteren → problemen zichtbaar maken die anders onopgemerkt zouden blijven → een stem geven aan stemmen die vaak worden genegeerd → desinformatie bestrijden met feiten
→ linkse debatten initiëren en verdiepen
nd-aktuell